Ruwvoer, maar waarom?
Ruwvoer hoort het hoofdbestanddeel te zijn van de voeding van een paard. Dat heeft aan de ene kant te maken met zijn behoefte aan vezels. Het hele spijsverteringsstelsel is ingesteld op het verteren daarvan. Krijgt een paard te weinig vezels binnen, dan treden allerlei ernstige gezondheidsproblemen op. Maar Sandra van Iwaarden legt uit dat er nog een andere belangrijke reden is om een paard altijd van voldoende ruwvoer te voorzien: hij moet kauwen. “Je kan het je misschien niet voorstellen, maar kauwen is voor paarden van levensbelang. Ik ga in deze lezing uitleggen waarom. Het heeft niet alleen te maken met zijn lichamelijke gezondheid, kauwen is voor een paard eveneens nodig om zich rustig en tevreden te voelen. Hoe pak je dat aan als jouw paard bijvoorbeeld een minder goed gebit heeft, te mager is of juist te dik? Sommige paarden zijn kieskeurige eters. Als je daarvoor een perfect rantsoen samenstelt, maar ze willen het niet eten, wat moet je dan? Er zijn tal van creatieve oplossingen voor al dit soort voedingsproblemen, waar ik op in ga.”
Sandra begrijpt dat het geven van iets lekkers aan een paard veel mensen een goed gevoel geeft. “Je wilt een band met hem opbouwen en de meeste mensen doen dat via voer. Daar zit een risico in, want teveel snoepjes of krachtvoer is niet goed voor een paard. Maar als een deskundige tegen je zegt dat je minder moet geven, dan geeft dat misschien het gevoel dat je minder lief mag zijn voor je paard. Ik draag alternatieven aan hoe je dit kunt oplossen.”
Sandra van Iwaarden werkt voor Hartog paardenvoeders, vooral bekend van de grote pakken gedroogde luzerne en gehakseld gras. Daarnaast is ze al meer dan twintig jaar docent bij hogeschool Van Hall Larenstein, waar ze de vakken voeding en trainingsleer geeft. “Het fascineert me dat voeding één van de grootste oorzaken is van problemen bij paarden. Het mooie is dat daar concreet en vrij eenvoudig iets aan te doen is door een rantsoen te veranderen. Maar het aanbod is zo groot, dat mensen vaak door de bomen het bos niet meer zien. Ik help ze daarbij, met ruwvoer als uitgangspunt.”
Wil je een happy horse? Geef hem ruwvoer”